• Hikers downhill

OVER DIABETES TYPE 1

Als je diabetes type 1 hebt, produceert je alvleesklier onvoldoende insuline. Dit komt omdat je immuunsysteem de cellen in de alvleesklier die insuline aanmaken (zg. bètacellen) als niet-lichaamseigen ziet en deze cellen aanvalt. In de loop van de tijd vermindert het vermogen van het lichaam om insuline aan te maken en de bloedsuikerspiegel te reguleren tot een niveau waarop men symptomen begint te krijgen.

Waarom hebben we insuline nodig?
Insuline is een hormoon dat door bètacellen in de alvleesklier wordt geproduceerd. Deze bètacellen laten hiermee aan andere cellen in het lichaam weten dat er suiker in het bloed aanwezig is als energiebron. Als het lichaam zelf onvoldoende insuline kan aanmaken, moet insuline van buiten worden toegediend. Zonder insuline blijft de suiker in het bloed zitten en moet het lichaam energie uit andere bronnen halen, zoals vet. Als cellen veel vet verbranden, worden zure ketonen gevormd. Een hoog ketonenniveau is schadelijk voor het lichaam en kan ketoacidose tot gevolg hebben, een potentieel levensbedreigende aandoening, vaak afgekort tot DKA.

Hoe wordt diabetes type 1 op dit moment behandeld?
Mensen met diabetes type 1 moeten hun bloedsuikerspiegel regelmatig controleren en constant op peil houden door insuline toe te dienen, vaak met een insulinepen of -pomp. De ziekte vereist voortdurende oplettendheid en bewustzijn van de patiënt. De recente vooruitgang in technologie met continue glucosemeters (CGM’s) en slimmere pennen en pompen maken het leven van diabetes type 1-patiënten eenvoudiger, maar ze kunnen een werkende alvleesklier niet vervangen. In de loop van de tijd worden steeds meer van de werkende bètacellen die op het moment van de diagnose over waren, vernietigd en wordt de ziekte steeds moeilijker onder controle te houden.

Wat zijn de symptomen van diabetes type 1?

De volgende symptomen kunnen optreden:

  • veel dorst;
  • vaak plassen;
  • erg moe;
  • wazig zien;
  • zoet ruikende adem;
  • snel gewicht verliezen.